Ole Martin Årst is een voormalig aanvaller bij de Rouches tijdens de periode 2000-2003, en scoorde 46 doelpunten in 84 wedstrijden. Tijdens zijn laatste seizoen, vooraleer terug naar Noorwegen te keren wegens persoonlijke redenen, scoorde hij maar liefst 26 maal in 36 wedstrijden. De immer vriendelijke en goedlachse Ole werkt momenteel als analyst bij de Noorse televisie, maar blijft een oogje houden op zijn ex-club.
5 minuten met...
Ole Martin Årst
Ole, welke herinneringen heb je aan je verblijf op Sclessin?
Zonder enige twijfel de zotte sfeer! Toen ik er voor het eerst speelde als Anderlechtspits, en later nog als Buffalo, was ik echt geschockeerd door die waanzinnige sfeer. De druk die van de tribunes uitgaat en die zwaar weegt op het zelfvertrouwen van de bezoekers, gaf me vleugels van het moment dat ik voor de Rouches mocht uitkomen. Het is echt een absolute topsfeer en het geeft je een kick om er te mogen spelen. Om nadien nog mijn eigen liedje te krijgen gaf me een ongelofelijk gevoel.
Ik zal ook nooit vergeten wat jij deed toen ik mijn been brak. Het boek met alle aanmoedigingen van de supporters was wellicht het meest aangrijpende moment van mijn ganse carrière.
Je speelde met een aantal sterke ploegmaats. Wie stak er voor jou uit?
Daniel Van Buyten kwam echt door de gelederen voordat hij vertrok naar Marseille en later Bayern München. Hij was indrukwekkend en een echte machine. Maar ik kan mijn goede vriend Almami Moreira nooit vergeten en ik koester mijn wisselwerking met hem. Het was zo leuk om door hem te worden bediend en natuurlijk ook de manier waarop we samen onze doelpunten vierden. Hij was gewoon een topspeler en een geweldig man die ik mis.

Aan welke wedstrijd heb je nog goede herinneringen?
Het is niet evident om alle wedstrijden voor de geest te halen, maar ik heb wel uitstekende herinneringen aan de wedstrijd tegen Charleroi waar ik een hattrick scoorde (nvdr. 26.01.2003). En laat ons eerlijk zijn, het is altijd leuk om van hen te winnen. Maar ook scoren in en tegen Club Brugge (nvdr. 02.12.2001, met twee doelpunten van Ole) was top, maar op dat moment hoopte je dat je het kon doen op Sclessin zodat de sfeer in de tribunes ook juist zat.
Welke tegenstander maakte de meeste indruk op je?
Oei, dat zijn er eigenlijk wel vrij veel, maar Gert Verheyen (Club Brugge) was altijd een stevige klant voor ons. En natuurlijk moet ik mijn goede vriend Pär Zetterberg aanhalen. Ik denk niet dat die ooit een bal verloor in al die jaren in België.
Je sprak al even over de sfeer op Sclessin, maar wat betekent die magie eigenlijk?
Hoe kan ik dat het best verwoorden? Het is gewoon zo indrukwekkend. Weet je, in heel veel stadia heb je immens lawaai en mooie liedjes. Maar op Sclessin echter is het allemaal zo authentiek en fanatiek. Je voelt dat de supporters Standard diep in hun hart hebben zitten. Als inkomende buitenlandse speler is het zo gemakkelijk om de club en zijn supporters in je armen te sluiten. Ik zou zeggen dat ik mijn been zou breken voor de fans… maar tja.. dat deed ik uiteindelijk ook (lacht). Het was het allemaal meer dan waard wanneer ik terugblik op mijn rehabilitatie en toen ik de draad terug opnam en verder bleef scoren.
Ik moet wel toegeven dat ik immens warme gevoelens had toen ik in 2014 de aftrap kwam geven en de fans me nog altijd toezongen met mijn liedje. Vrienden en collega’s in Noorwegen konden dat echt niet vatten dat de supporters 11 jaar later zo nog reageerden.
Hoe zou jouw ideale opstelling eruit zien met enkel ploegmaats van Standard?
Vedran Runje – Joseph Yobo, Eric Van Meir, Daniel Van Buyten, Ivica Dragutinovic – Ivica Mornar, Didier Ernst, Robert Prosinecki – Michael Goossens, Ali Lukunku, Ole Martin Aarst. Het is wel een offensief ingestelde ploeg, niet? Maar we zullen tenminste veel scoren!!
Takk Ole!