André Riou


14.940
Minuten

2
Trofeeën
« André Riou was met voorsprong de beste trainer die ik in mijn ganse carrière heb gekend. Hij voelt het voetbal zeer goed aan, en voelde ook de Luikse mentaliteit goed aan. De coach begreep de kunst om ons enthousiasme te kanaliseren en op een optimale manier te laten renderen. Tactisch liep het altijd gesmeerd, en misverstanden waren uitgesloten. Het waren fantastische jaren, en in 1954 wonnen we de Beker, een onvergetelijk moment. »
– Denis Houf
De eerste « grote » trainer van Standard, de Bill Shankly aan de Maas.
Door de eerste Beker van België, alsook iets later de eerste titel van Belgisch kampioen te schenken, 60 jaar na de oprichting in 1898, maakte Fransman André RIOU van Standard één van de topclubs in België. Zijn opvolger, Geza Kalocsay, zou het cadeau met beide handen grijpen en de evolutie verder zetten om van Standard een ware Europese topploeg van te maken.
Het is inmiddels al 15 jaar geleden dat André Riou, op 3 oktober 2005, het leven liet op de gezegende leeftijd van 87 jaar. Hij deed dat enkele weken na het overlijden van die andere legendarische Standard-coach Michel Pavic. « De man met de baret » genoot op dat moment van zijn welverdiend pensioen in Toulouse. Geboren werd hij in Moulins, tussen Nevers en Clermont-Ferrand. Zijn vader wou dat hij stationschef zou worden, en in die optiek volgde hij dan ook een opleiding aan de school voor spoorwegarbeiders, alvorens een bewuste keuze te maken voor het voetbalmilieu.
Als speler bracht het hem bij onder andere Berrichonne Châteauroux (D3) en Racing Club de Paris. Semi-pro, was Riou tewerk gesteld als technisch tekenaar bij de fabrieken van Dassault. Zijn carrière werd een halt toegeroepen door het uitbreken van de tweede wereldoorlog. Na de wapenstilstand met de Duitsers getekend in 1940, wordt het land in twee gedeeld. André Riou bevindt zich in het ‘vrije’ zuidelijke gedeelte ter hoogte van Toulouse waar de luchtmacht zijn basis hield. Hij zou er tijdens de oorlog sportstages organiseren voor de militairen.
Na de bevrijding wordt hij ingelijfd door het plaatselijke « Téfécé », oftewel Toulouse Football Club. Eerst als speler, om er daarna trainer te worden. Vervolgens trekt hij respectievelijk naar Stade Français en Amiens, om alsook in parallel de jeugd te trainen van de Franse voetbalbond (FFF). Via zijn werk bij de bond leert hij dat Standard op zoek is naar een Franse coach. Riou trekt zijn stoute schoenen aan en belt toenmalig Standard-voorzitter Paul Henrard, een bestuurder die hij later zou noemen als de grootste dirigent met dewelke hij ooit zou samenwerken.
Riou arriveert op Sclessin in 1953 met als missie om de club te voorzien van een professionele structuur. Dat gaat niet zonder slag of stoot, maar het spelniveau van de Rouches verbetert zienderogen, zelfs wanneer de resultaten in die beginfase dat niet onmiddellijk weergeven. De Rouches domineren het merendeel van hun tegenstanders, maar dat wordt te zelden vertaald in het scoreverloop. Niettemin slaagt hij erin om de eerste trofee te winnen in de geschiedenis van Standard door in de finale van de Beker van België Racing Mechelen met 3:1 te verslaan in de zomer van 1954.
Onder zijn leiding adopteren de Rouches een nieuw spelsysteem met vijf aanvallers. En dat waren niet de minsten. Riou kon rekenen op vijf internationals, en bovendien allemaal Luikenaars : André « Popeye » Piters, Denis Houf, Jean Mathonet, Joseph Givard en Jean Jadot. Allemaal jongens uit de streek. Een blok van vijf dat zelfs op de Heizel tesamen aantreedt bij de Rode Duivels tegen Real Sociedad.
Maar ook qua spelers zag hij het potentieel waar anderen dat niet deden. Zo vormde hij de verdedigende middenvelder Jean Mathonet om tot een aartsgevaarlijke aanvaller. De spits uit Herve voelde zich in zijn sas en zou Belgische topschutter worden met zijn 26 doelpunten tijdens het seizoen 1955-1956. Standard is op dat momenteel dan ook op volle kruissnelheid. Mede doordat de Rouches ook defensief een burcht beginnen te worden. Van 55 tegendoelpunten in 1954 tot 21 in 1958 !! Dat was dan ook de reden dat alles in zijn plooi viel in 1958. De Rouches winnen na een memorabele wedstrijd op het Rooi in Berchem hun allereerste kampioenstitel ! Ex-aequo met Antwerp , maar kampioen wegens een kleiner aantal aan … nederlagen. Op vraag van Standard wordt de regel trouwens aangepast naar de ploeg die het meeste overwinningen zou hebben.
Met een gevoel van tevredenheid beslist de coach tot grote spijt van de directie om de deur achter zich toe te trekken met een Belgische Beker, een titel van Kampioen, en champagnevoetbal onder de arm. Hij zou wel in België actief blijven en traint Daring CB (1959-61), AEC Mons (62-65) en Union Saint-Gilloise (65-66). Bij elke bezoek aan Sclessin krijgt hij een standing ovation van de Luikse fans die hem voor altijd dankbaar zijn.
Net zoals Bill Shankly dat een decenium later zou doen bij Liverpool, drukte André Riou zijn stempel op een ganse club door een visie door te drukken waarvan de club nog jaren zou genieten. Een visie die niet enkel zou leiden tot nationale successen, maar ook de internationale doorbraak zou inleiden. Vooral zijn opvolger Geza Kalocsay zou daarvan onmiddelijk de vruchten plukken. Met overwinningen tegen Hearts, Lissabon en vooral Stade Reims wordt de basis gecreëerd van wat we vandaag nog altijd de Hel van Sclessin noemen.
(c) Claude Henrot – November 2020
Geboorte: 8 augustus 1918, te Moulins (Frankrijk)
Overlijden: 3 oktober 2005, te Villefranche-de-Lauragais (Frankrijk)
Nationaliteit: Frankrijk
Positie: Trainer
Aansluiting bij Standard: 1 juli 1953 – 30 juni 1958
Trofeeën met Standard: 1x Kampioen (1958), 1x Beker van België (1954)
Carrière
Trainerscarrière
1944 – 1945
1946 – 1948
1948 – 1949
1950 – 1951
1951 – 1952
1952 – 1953
1953 – 1958
1958 – 1961
1962 – 1965
1965 – 1966
Toulouse F.C. (FRA)
A.S. Béziers (FRA)
Stade Français / Red Star (FRA)
Amiens F.C. (FRA)
Red Star Olympique (FRA)
A.S. Béziers (FRA)
Royal Standard Club Liégeois
Daring Club de Bruxelles (2)
R.A.E.C. Mons (44)
Royale Union Saint-Gilloise (10)
Statistieken
Wedstrijden
Belgisch kampioenschap
Beker van België
Ligabeker
Europees
150 (65W – 41G – 44V)
16 (14W – 0G – 2V)
–
–