Fernand Massay

icon-matches

352

Wedstrijden

icon-minutes

31.679

Minuten

icon-ball

34

Doelpunten

icon-cup

0

Trofee

« Hij was de perfecte dirigent voor het na-oorlogse Standard, en legde mee de basis voor de sportieve successen die zouden volgen vanaf de jaren vijftig.»

– Claude Henrot, historicus van het Belgische voetbal

Fernand Massay – Rouche voor het leven

Zonder het uitbreken van WOII zou Fernand Massay de speler zijn die het meest aantal wedstrijden speelde voor Standard in de ganse geschiedenis van de Rouches. De beenharde middenvelder speelde dan ook bijna evenveel wedstrijden in zijn ganse carrière als de ganse ploeg die dit seizoen de laatste wedstrijd afhaspelde in de Jupiler League.  Het is dan ook niet meer dan logisch dat Massay een belangrijke plek krijgt in de Hall of Fame van Standard.

Supporters hebben al snel een voorliefde voor spelers die, net zoals zijzelf, hun ganse carrière trouw blijven aan ‘hun’ club. De fans worden echter niet snel verwend want loyauteit is een bijzonder zeldzaam gegeven in de voetbalsport waar het economische aspect dikwijls primeert op het sportieve. Vooral in de huidige conjunctuur is het zoeken naar spelers die langer dan twee seizoenen voor eenzelfde club willen of mogen uitkomen.

In de rijke geschiedenis van Standard zijn er nochtans verschillende spelers die nooit voor een andere club speelden dan voor de Rouches. Eén van die spelers zetten we hier op de site een tijdje terug al in de bloemen, namelijk topspits Jean Capelle. We keren terug naar diezelfde periode om nog zo’n klasbak te vinden die van de eerste tot de laatste dag enkel voor de Luikse club uitkwam.

Geboren op het einde van de eerste wereldoorlog in Angleur, tekent een tienjarig broekventje zijn eerste aansluitingskaart op Sclessin in 1930. België kreunt op dat moment onder barre weersomstandigheden en in het Luikse valt voor het eerst het begrip van smog.  Het zou het broekventje echter niet tegenhouden om zeer snel uit te groeien tot het uithangsbord van de Luikse club, die in die periode kon rekenen op elf spelers uit het Luikse afkomstig.

In de regio was iedereen het er trouwens al snel over eens dat die jonge snaak ‘het wel zou gaan maken’. Zo duidelijk was zijn talent en persoonlijkheid dat hij bij elk jeugdelftal de motor van de ploeg was en er de lijnen uitzette. Het was dan ook een kwestie van tijd vooraleer hij zou opgeroepen worden voor het eerste elftal. Die uitnodiging zou uiteindelijk op 5 augustus 1937 in de bus vallen. Aan de ontbijttafel lag een kaartje van de club met de boodschap “Vous jouerez à Paris, contre le Red Star, avec l’équipe d’honneur.”  Enkele dagen later trok de 17-jarige scholier dan ook naar Parijs om er uit te komen tegen het grote Red Star Olympique. En alhoewel de wedstrijd eindigde in een droge 3:0, werd Fernand door alle ervaren spelers gefeliciteerd met zijn debuut in het eerste elftal. Het zou het startschot zijn om een carrière bij het eerste aan te vatten en de tussenstap via de ‘juniores’ over te slaan.

Die overstap maakt Fernand zonder enig probleem. Meer nog, in zijn derde (oefen)match met het A-elftal van coach Emile Riff scoort de 17-jarige middenvelder, op penalty, zijn eerste doelpunt voor de Rouches tegen Montegnée in een elftal met ondermeer kapitein Roger Petit en doelpuntenmachine Jean Capelle. Die koelbloedigheid levert hem het vaste statuut op van strafschopnemer, en zou mee helpen leiden tot zijn 34 officiële doelpunten.

Enkele weken later volgt dan het officieel debuut in de openingmatch van het seizoen 1937-1938 tegen anderlecht. Met drie doelpunten van Jean Capelle stuurt Standard de Brusselse gasten met lege handen huiswaarts (3:1) en kan de debuterende Massay terugkijken op een prima debuut. Dat eerste seizoen zou hij een twaalftal wedstrijden spelen. Het bestuur van de club wou de transitie van het scholierenelftal naar het eerste voorzichtig laten gebeuren. Vanaf het daaropvolgende seizoen speelt hij zo goed als elke wedstrijd tot het einde van zijn carrière in 1953!

Nochtans was die beginperiode verre van evident  voor Fernand, die zijn ganse opleiding genoot als een “demi centre”, oftewel het breekijzer voor de verdediging.  In het eerste elftal was die rol namelijk al weggelegd voor Albert Van Zuylen, een andere jongere die het jaar voordien doorbrak als verdedigende half. De broer van Albert was trouwens niemand minder dan Gilielmus Marie Van Zuylen, die het later zou schoppen tot de 89e bisschop van Luik. Massay werd door de Hongaarse coach Emile Riff  dan ook naar de linkerflank geschoven en zou zich de eerste jaren dan ook doorzetten als linkshalf.

Ondanks zijn doorbraak in het eerste elftal moest hij beroepsmatig nog aan de slag. Hij begint zijn professionele carrière als technisch tekenaar bij L.M.S. in Jupille en blijft er jaren actief.

Sportief loopt het echter niet vlot voor de Rouches in de beginjaren van WOII. Hoewel de Rouches geregeld de weg naar het doel vinden, lijkt de verdediging wel op een Zwitserse kaas. Het evenwicht is op dat moment volledig zoek binnen het elftal. Het noopt de nieuwe trainer Marcellin Waroux tot enkele ingrijpende wijzigingen. Na een succesvolle test tegen Beerschot kiest hij resoluut om Massay centraal als buffer te plaatsen voor de verdediging.  Fernand, op dat moment reeds kapitein, en opvolger van een zeker Roger Petit die een nieuwe functie opnam in het bestuur van de club, voelt zich in zijn sas op zijn vertrouwde plek en wordt de missende schakel. Onder het impuls van de keihard tacklende Massay klimmen de Rouches de komende seizoenen terug op naar de top van het klassement. Zijn reputatie als beenharde speler was zeker terecht. « In het begin van mijn carrière wellicht wel, maar daarna speelde ik toch meer gecontroleerd. », lacht hij wanneer journalisten het onderwerp aansnijden.

« De beste speler met wie ik in mijn ganse carrière speelde? Jean Capelle! Wat was me dat voor een schitterende dribbelaar. En wat een ‘passing game’ had hij wel niet. Voor mij was hij de echte complete voetballer. »

Ook bij de Rode Duivels merkt men het talent van Fernand Massay op. Bondscoach Frans Demol geeft Fernand zijn debuut met de vriendschappelijke wedstrijd tegen Luxemburg. De Rode Duivels moeten met 4:1 het onderspit delven wat al snel leidde tot het ontslag van de coach die zou opgevolgd worden door Bill Gormlie. De ex-goalie van Blackburn Rovers zou Massay nog een viertal keer oproepen in een periode waar er sowieso weinig wedstrijden georganiseerd werden wegens de oorlog en de financieel precaire situatie van de KBVB.

« In puur verdedigend opzicht kan je hem nog het best vergelijken met Georges Leekens, maar dan aan de volle 100%. Maar het zou Fernand te kort doen om zijn leiderschapskwaliteiten niet te onderlijnen. Hij was de perfecte dirigent voor het na-oorlogse Standard, en legde mee de basis voor de sportieve successen die zouden volgen vanaf de jaren vijftig.» Hij was bijzonder fier op zijn rol als kapitein binnen het elftal, en stond erop die perfect te vervullen, met de nodige waardigheid.

Fernand verliet ons op 90-jarige leeftijd. Hij speelde niet minder dan 16 seizoenen voor zijn club. Gekwetst was de middenvelder zo goed als nooit. In tegenstelling, hij speelde 95% van alle beschikbare officiële wedstrijd! Ongezien. Het ga je goed, Rouche.

(c) Marc Coudijzer – Mei 2020

Geboorte: 20 december 1919, te Angleur
Overlijden: 9 december 2010, te Bassenge
Nationaliteit: België
Positie:
Middenvelder
Aansluiting bij Standard:
 24 november 1930 – 30 juni 1954
Trofeeën met Standard:
Geen
Internationale wedstrijden / doelpunten:
  5 / 0

Carrière

Jeugdopleiding

1930 – 1937

Royal Standard Club Liégeois

A-kern

1937 – 1953

Royal Standard Club Liégeois

Statistieken

Wedstrijden

Belgisch kampioenschap
Beker van België
Ligabeker
Europees

352


Doelpunten

Belgisch kampioenschap
Beker van België
Ligabeker
Europees

34