Leon Semmeling

icon-matches

455

Wedstrijden

icon-minutes

40.133

Minuten

icon-ball

78

Doelpunten

icon-cup

7

Trofeeën

Het publiek speelt een zeer grote rol in de geschiedenis van Standard. Zonder de steun van de supporters was Standard nooit Standard geworden. Het publiek is ons altijd even trouw gebleven en iedere speler werd onmiddellijk opgenomen in de grote familie die Sclessin was. Mijn mooiste souvenir is dan ook voor Standard heb mogen voetballen.

– Léon Semmeling

Hij was één van de spilfiguren die aan de basis lagen van de mythe van Standard. Het leven van Léon Semmeling staat dan ook volledig in het teken van de Rouches. Eerst als speler gedurende de periode van 19 juli 1958 tot en met 30 juni 1974, met daarbij 455 officiële wedstrijden, waarvan 363 in het Belgisch kampioenschap en 45 in diverse Europese competities; en later als assistant, coach en tenslotte als supporter.

De man uit Visé – dagelijks reisgezel van een zekere Roger Claessen – maakte dan ook alles mee met de Luikenaars: kampioen (1961, 1963, 1969, 1970, 1971), bekerwinnaar (1966, 1967) en daarnaast tevens een gevierd international met 35 selecties. « Maar ik moest wel wachten op de komst van Raymond Goethals om titularis te worden bij de Rode Duivels. Hij was het die naar Sclessin kwam om me te overtuigen om met de Duivels te spelen zoals ik dat wekelijks deed met de Rouches.» Het zou Léon onder andere brengen tot het WK in Mexico in 1970, een derde plaats op het EK 1972 in eigen land na winst tegen Hongarije… op Sclessin nadat eerder Italië opzij gezet werd in Brussel. « Tesamen met Piot, Dolmans, Thissen en mezelf werd ik nog nooit zo aangemoedigd in het Astridpark. Zelfs Arsène Vaillant kwam ons feliciteren. »

« Mijn laatste wedstrijd was een 0:0 gelijkspel in Amsterdam tijdens de kwalificaties voor het WK in 1974. Jan Verheyen scoorde toen een geldig doelpunt in de 89e minuut, maar de scheidsrechter keurde dat om nog steeds onbekende redenen af. Je kon natuurlijk het Nederlandse elftal met sterren zoals Cruyff, Rensenbrinck, Haan en Krol niet beroven van een WK… Wij gingen wellicht nooit de finale bereiken, maar op deze wijze opzij gezet worden was volledig onterecht. Zeker wanneer je terugdenkt aan de heenwedstrijd waar Jeannot Thissen nog tegen het doelhout trapte. We werden zo uitgeschakeld zonder tegendoelpunt en twaalf gescoorde doelpunten. Waanzin eigenlijk. »

Ander hoogtepunt van zijn internationale carrière is natuurlijk de 5:0 winst tegen het legendarische Brazilië, al bij al zonder sterspeler Pelé. « Bij de terugwedstrijd kregen we tevens een 5:0 om de oren. Ondanks dat Jean Nicolay een beresterke wedstrijd speelde, legde Pelé er toen wel drie in het mandje… »

Ptit’ Léon (1m69) was een rechtsbuiten, energiek, snel en met een dribbel die menig verdediger hoofdpijn deed krijgen, en tegelijkertijd veel fouten deed maken… in de rechthoek. « Men vergeleek me vroeger vaak met Paul Van Himst, de Anderlechtenaar die men ook wel eens Pol Gazon noemde, maar in die periode was er geen vijfde scheidsrechter of VAR om fases correct in te schatten. Men onthield me meer penalties dan diegenen die ik uiteindelijk wel meekreeg.  Verdedigers in die tijd waren vooral minder mobiel en technisch.», lacht hij.

De kapitein van de Rouches gedurende vele jaren zou uiteindelijk 78 keer aan het kanon staan (waarvan 65 in de competitie), maar zijn ware sterkte lag in het geven van assists aan de topspitsen die Standard toen had. In die periode werden dat soort statistiekjes nog niet bijgehouden. « Ik trapte ook nooit een penalty trouwens. Mijn plezier haalde ik zowel uit het scoren als iemand de juiste assist te geven. » Léon is niet enkel buiten het veld een gentleman maar tevens tussen de krijtlijnen, waar hij slechts eenmaal uitgesloten werd. « Dat herinner ik me inderdaad nog goed. Het was een wedstrijd in Brugge na een viriel duel met Fernand Goyvaerts, zonder veel erg trouwens. Mijn schorsing viel beter mee dan die voor Fernando zelf want ze hadden me toen nodig in het nationale elftal (lacht)… »

Naast zijn bijnaam ‘Ptit Léon’ werd hij aan Franstalige kant ook wel eens ‘Petit Trop’ genoemd in associatie met Lucien Spronck (‘Grand Galop’) als referentie naar de bekende strip van de jaren zestig. Zijn beste herinnering houdt hij aan de wedstrijd tegen Glasgow Rangers begin jaren zestig. « Standard was de eerste Belgische club (in 1958, red.) die een Europese wedstrijd won in het kader van de Beker der Landskampioenen (Hearts of Midlothian, 5:1, red.), de eerste club die zich kwalificeerde voor een tweede ronde en de eerste club die ook op verplaatsing het eerst won.  Maar die kwartfinale tegen Rangers in 1962 was onbeschrijflijk. Eerst en vooral wegens de score van 4:1, maar vooral wegens het publiek dat letterlijk gepakt stond tot aan de krijtlijnen. De fans achter het doel hielden zich staande aan de netten. Wanneer ik een hoekschop wou trappen, moest ik me een weg banen tussen de fans, me bijna verontschuldigend. Allemaal zaken die vandaag natuurlijk ondenkbaar zijn. De bezoekers zouden gewoon weigeren om de wedstrijd aan te vangen. »

Na zijn professionele carrière speelt Léon nog even voor Namen, waar hij gedurende twee jaar speler-trainer zal zijn, om vervolgens terug richting Sclessin te keren. Eerst als assistent van Raymond Goethals, om daarna zelf hoofdtrainer te worden na de Affaire van een bende jonge gasten – met onder andere Bodart, Collard, Aussems, Hellers, Delangre, Delbrouck en… Jean-Marc Bosman  – die in de bekerfinale tegen Gent nipt de duimen moesten leggen.  Na al die jaren kan je Léon nog steeds terugvinden in de catacombes van Sclessin. Steeds mijmerend over zijn vriend Roger Claessen, waarvan de fresco Tribune 1 opfleurt. « De erkentelijkheid van het publiek doet me nog altijd enorm plezier, en zij die me vroeger zagen spelen spreken nu lovend over mij tegenover hun kinderen en kleinkinderen.  En dat doet me wel wat. »

Spijt heeft hij nergens van. Enkel fysieke herinneringen ontbreken hem.  « Ik had enkele persoonlijke foto’s, waarvan eentje met Gento, geleend aan een journalist maar die gingen verloren toen de redactie de foto’s trachtte te kopiëren. Anderen werden recent nog gestolen toen ik op een terras zat in het centrum. Ik lette even niet op en weg was mijn tas. »

Zijn nominatie tot de Hall of Fame van Standard: « Dat doet natuurlijk bijzonder plezier. En zeker geen evidentie met zoveel toppers die op Sclessin speelden in het verleden. Mijn lieveling? Tja, mijn chouchou is Simon Tahamata. Die kleine was toch een genie met de bal aan de voet…»

Bescheidenheid, nederigheid, discretie… een ware legende, onze Léon!

(c) Christian Raspiller, Septembre 2018

Geboorte: 4 januari 1940, te Mouland
Nationaliteit: België
Positie: Rechtsbuiten / Aanvaller
Aangesloten bij Standard: 19 juli 1958 – 30 juni 1974
Tropheeën met Standard: 5x Landskampioen (1961, 1963, 1969, 1970, 1971), 2x Bekerwinnaar (1966, 1967)
Internationale selecties / doelpunten : 35 / 2

Carrière

Jeugdopleiding

1953 – 1958

R.C.S. Visétois (369)

A-kern

1958 – 1974
1974 – 1976

Royal Standard Club Liégeois
U.R. Namur (156)

Statistieken

Wedstrijden

Belgisch kampioenschap
Beker van België
Ligabeker
Europees

363
40
7
45

Doelpunten

Belgisch kampioenschap
Beker van België
Ligabeker
Europees

65
6
2
5